Plan: | Horsterweg 66 te Sevenum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1507.SNHorsterweg66-BPV1 |
het bestemmingsplan 'Horsterweg 66 te Sevenum' met identificatienummer NL.IMRO.1507.SNHorsterweg66-BPV1 van de gemeente Horst aan de Maas;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een bedrijf dat gericht is op detailhandel in auto's;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwperceel aangeeft, dat maximaal mag worden bebouwd;
een productiehuishouding in economische zin;
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
een gebouw waarin het uitoefenen van verschillende vormen van bedrijvigheid (waaronder industriële, ambachtelijke, dienstverlenende, consumentverzorgende, therapeutische functies en kantoren) wisselend en tegelijkertijd kan worden uitgeoefend, waarbij de ruimtelijke uitstraling in overeenstemming is met die van één bedrijf;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
aanwezig c.q. in aanbouw op het tijdstip van terinzagelegging van het bestemmingsplan, tenzij anders is bepaald;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
inrichting als bedoeld in artikel 2, eerste lid van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
verkoop, al dan niet geheel overdekt, van een volledig assortiment bouw- en doe-het-zelf-producten uit voorraad aan zowel vakman als particulier op basis van zelfbediening;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
de totale vloeroppervlakte van een detailhandelsvestiging met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige ruimten;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
een bedrijf waar dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin logies wordt verstrekt, zoals bijvoorbeeld een café, restaurant, hotel, pension, en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen bedrijven, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op de verkoop van artikelen gericht op de land- en tuinbouwsector alsmede de hobby-agrariër, zoals landbouwwerktuigen, tuinonderhoud- en tuininrichtingsartikelen, diervoeders, dieronderhoudartikelen, plant- en zaaigoed en dergelijke;
een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,20 m boven het peil is gelegen;
voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun bestemming onttrokken voertuigen, waaronder begrepen woonwagens, caravans, stacaravans, kampeerauto's, alsook tenten, schuiltenten, schuilhutten en keten, al dan niet ingericht ten behoeve van een recreatief buitenverblijf voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te merken;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
de bedrijfsmatige verkoop van:
die vanwege de omvang en de aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling (en uit dien hoofde niet binnen de aangewezen winkelconcentratiegebieden gevestigd kunnen worden);
een bedrijf dat is gericht op de verkoop van bloemen, planten, en tuinartikelen plus daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen. Tuinartikelen zijn artikelen die dienen voor de aanleg, de inrichting en het onderhoud van de tuin. De rechtstreeks daarmee samenhangende artikelen zijn tuinmeubelen, tuinverlichting, bouwmaterialen voor tuinhuisjes, serres, vijvers en erfafscheidingen;
de totale vloeroppervlakte van een detailhandelsvestiging, welke bestemd is voor de verkoop en uitstalling van goederen.
de bruto-vloeroppervlakte van een detailhandelsvestiging minus de oppervlakte van magazijnen en overige ruimten.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
tussen de zijdelingse grens van een bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.
Alle maten zijn tenzij anders aangegeven:
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding.
Op de voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Gebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, bedraagt maximaal 8 m met uitzondering van terreinafscheidingen, waarvan de hoogte maximaal 2,5 m mag bedragen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.2 ten behoeve van het ophogen van terreinafscheidingen tot maximaal 3 meter indien dit noodzakelijk is met het oog op de bedrijfsveiligheid.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van archeologisch waardevolle informatie.
Voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 1.000 m², moet alvorens een omgevingsvergunning voor het bouwen wordt verleend, door de aanvrager een rapport worden overgelegd waarin:
Indien uit het in lid 4.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen worden verstoord, kunnen één of meerdere van de volgende voorwaarden worden verbonden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing voor:
Een vergunning als bedoeld in artikel 4.3.1 mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van de werken/werkzaamheden dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen leiden tot een verstoring van het archeologisch materiaal; hiertoe wordt een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke erkende ter zake deskundige.
In afwijking van het bepaalde in de vorige zin mag, in geval de bedoelde werken/werkzaamheden dan wel de directe gevolgen van deze werken/werkzaamheden kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden niettemin worden verleend, indien aan de vergunning de volgende voorschriften worden verbonden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen teneinde (een deel van) de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' te schrappen van de verbeelding, indien en voor zover uit een nader onderzoek dat er plaatse geen of slechts beperkte archeologische waarden aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij:
dient, indien de omvang of de bestemming van een gebouw en/of het terrein daartoe aanleiding geeft, ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's, (motor)fietsen, of andere voertuigen, in voldoende mate ruimte aanwezig te zijn of aangebracht te worden in, op of onder de bij dat gebouw of terrein behorende gronden of bouwwerken, met dien verstande dat:
Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.1.1 en 6.1.2 indien het voldoen aan die bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van:
Een afwijking als bedoeld in lid 8.1 kan slechts worden verleend, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Horsterweg 66 te Sevenum'.