direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf - Agribusiness
Plan: Horsterweg 66 te Grubbenvorst
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1507.BPGRHORSTERWEG66-OH01

Artikel 3 Bedrijf - Agribusiness

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Agribusiness' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een bedrijf voor agribusiness en logistiek, zoals opgenomen in de bij deze regels behorende en in de bijlage bij de regels opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten of een bedrijf dat naar aard en omvang gelijk te stellen is met de in die Staat van bedrijfsactiviteiten genoemde bedrijven;
  • b. een composteerinstallatie;
  • c. een installatie voor biomassaproductie;
  • d. bedrijfswoning(en), uitsluitend ter plaatse van de bouwaanduiding "bedrijfswoning (bw)";
  • e. voorzieningen voor de berging van water en bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde ter plaatse van de functieaanduiding "waterberging (wb)";
  • f. een bedrijf voor agribusiness en logistiek zoals bedoeld onder a en tevens composteertunnels, uitsluitend ter plaatse van de functieaanduiding "specifieke vorm van bedrijf - composteertunnels (sb-c)";

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ontsluitings-,
parkeer- en groenvoorzieningen, tuinen en erven;

alsmede voor:

  • g. wegen, paden en perceelsontsluitingen;
  • h. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
  • i. voorzieningen van algemeen nut;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ontsluitings- en parkeervoorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. bedrijfsgebouwen mogen uitsluitend worden opgericht binnen een op de verbeelding aangegeven bouwvlak;
  • b. per bouwvlak is maximaal één agrarisch bedrijf toegestaan. Indien een relatie is aangegeven tussen twee bouwvlakken, is er sprake van een gekoppeld bouwvlak en zijn hierop de bepalingen met betrekking tot een enkel bouwvlak van toepassing;
  • c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte";
  • d. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte";
  • e. de maximale oppervlakte aan bedrijfsgebouwen per bouwvlak mag niet meer bedragen dan 11.000 m2.

3.2.2 Bedrijfswoningen (bw)

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:

  • a. bedrijfswoningen mogen uitslotend worden opgericht binnen een bouwvlak ter plaatse van de op de verbeelding aangegeven bouwaanduiding "bedrijfswoning (bw)";
  • b. de goothoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte";
  • c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte";
  • d. de inhoud van een bedrijgswoning mag niet meer bedragen dan 1.000 m3.

3.2.3 Bijbehorende gebouwen:

Voor het bouwen van bijbehorende gebouwen bij de bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 120 m2;
  • b. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 m.
3.2.4 Gebouwen voor voorzieningen van algemeen nut:

Voor het bouwen van gebouwen voor voorzieningen van algemeen nut gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van een voorziening van algemeen nut mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • b. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 15 m2.

 

3.2.5 Bouwwerken, geen gebouw zijnde:

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte binnen het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 8 meter;
  • b. de bouwhoogte buiten het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 2 meter;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder b en c mag de bouwhoogte van zend-, ontvang- en/of sirenemasten niet meer bedragen dan 40 meter;
  • d. sleufsilo's, silo's en mestopslagplaatsen mogen uitsluitend worden opgericht binnen een bouwvlak.

3.3 Afwijken van de bouwregels
3.3.1 Overschrijding bouwgrens:

Het bevoegd gezag is bevoegd bij een aanvraag om een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder a Wabo af te wijken van het bepaalde in artikel 3.2.1 onder a voor het overschrijden van de bouwgrens, mits:

  • a. de overschrijding noodzakelijk is in verband met een doelmatige uitoefening van het
    bedrijf;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in de omgeving aanwezige functies en
    waarden;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden
    van aangrenzende gronden.

3.3.2 Bouwhoogte bedrijfsgebouwen:

Het bevoegd gezag is bevoegd bij een aanvraag om een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder a Wabo af te wijken van het bepaalde in artikel 3.2.1 onder d voor het verhogen van de bouwhoogte, mits:

  • a. de verhoging noodzakelijk is in verband met een doelmatige uitoefening van het
    bedrijf;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in de omgeving aanwezige functies en
    waarden;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden
    van aangrenzende gronden.