direct naar inhoud van Artikel 6 Leiding - Gas
Plan: Peelheideweg 12 America
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1507.BPAMPEELHEIDEWEG12-OH01

Artikel 6 Leiding - Gas

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hogedruk aardgastransportleiding met een belemmerende strook ter breedte van 5 meter aan weerszijden van de hartlijn van de leiding.

6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen

Gebouwen zijn niet toegestaan.

6.2.2 Andere bouwwerken

Op de gronden mogen, in aanvulling op de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen, andere bouwwerken worden opgericht die noodzakelijk zijn in verband met deze dubbelbestemming zoals meet- en regelkasten, afsluiterputten en hoogspanningsmasten.

6.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.2ten behoeve van het oprichten van bouwwerken voor de op deze gronden liggende hoofdbestemmingen, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leidingen geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt voor de verlening van de bouwvergunning door Burgemeester en Wethouders de betrokken beheerder gehoord.

6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.4.1 Verbod
  • a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werkzaamheden uit te (doen) voeren:
    • 1. het aanleggen van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
    • 2. het uitvoeren van graafwerkzaamheden;
    • 3. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indringen van voorwerpen;
    • 4. het aanbrengen van diepwortelende beplanting en of bomen;
    • 5. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
    • 6. het vellen of rooien van houtgewas.
  • b. Het is verboden op de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werkzaamheden uit te (doen) voeren:
    • 1. het aanbrengen van hoogopgaande beplanting of bomen;
    • 2. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur hoger dan 2,5 m;
    • 3. het opslaan van materialen of stoffen, die onder bepaalde omstandigheden gevaar van brand of explosie kunnen opleveren;
    • 4. het ophogen en egaliseren, bodemverlaging of afgraven of anderszins wijzigen in maaiveld of weghoogte.

6.4.2 Uitzondering op verbod

Het verbod als bedoeld in 6.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk geen bouwwerk zijnde of van werkzaamheden, is verleend;
  • b. die ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
  • c. die betreffen het normale beheer en/of onderhoud.

6.4.3 Weigeren omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Een vergunning als bedoeld in artikel 6.4.1 en 6.4.2 wordt slechts verleend indien door de genoemde werken en werkzaamheden, dan wel door de daardoor direct hetzij indirect te verwachten gevolgen geen veiligheidsrisico's (kunnen) ontstaan en de betreffende leiding niet wordt of kan worden aangetast; dienaangaande wordt door Burgemeester en Wethouders de beheerder van de betreffende leiding gehoord.